De tank kwam voor het eerst in dienst in 1979 en volgde de eerdere Leopard 1 op als de belangrijkste gevechtstank van het West-Duitse leger. Het is bewapend met een 120 mm kanon met gladde loop en wordt aangedreven door een V-12 twin-turbo dieselmotor. Verschillende versies hebben gediend in de strijdkrachten van Duitsland en 13 andere Europese landen, evenals in verschillende niet-Europese landen, waaronder Canada, Chili, Indonesië en Singapore. De Leopard 2 werd ingezet in Kosovo met het Duitse leger, in Afghanistan met de Nederlandse, Deense en Canadese bijdragen aan de International Security Assistance Force, en zag actie in Syrië met de Turkse strijdkrachten.
Er zijn twee belangrijke ontwikkelingsbatches van de tank: De originele modellen tot Leopard 2A4, die een verticaal gepantserd koepel hebben, en de verbeterde batch, namelijk de Leopard 2A5 en nieuwere versies, die schuine pijlvormige koepelbepantsering kregen. Alle modellen zijn voorzien van digitale vuurleidingsystemen met laserafstandsmeters, een volledig gestabiliseerd kanon en coaxiaal machinegeweer, en geavanceerde nachtzicht- en vizierapparatuur (eerste voertuigen gebruikten een tv-systeem bij weinig licht of LLLTV; thermische beeldvorming werd later geïntroduceerd).